Maria Theresia van Oostenrijk laat weten dat de barrièresteden niet
opnieuw hersteld zullen worden
Willem IV krijgt na het erfelijke stadhouderschap ook een erfelijk
kapitein-admiraalschap (opperbevelhebber van de vloot)
De Republiek is met deze vrede definitief een mogendheid van de tweede rang geworden
De fortificaties zijn echter door de Fransen afgebroken en hebben dus
eigenlijk geen militaire betekenis meer
De Zuidelijke Nederlanden keren terug onder Oostenrijks gezag en de
Republiek mag weer troepen legeren in de barrière
Vrede van Aken